34
woonvertrek was in enkele gevallen door een tussenwand
in tweeën gedeeld. De wanden van de huizen bestonden
uit een vlechtwerk van twijgen, met leem bestreken, en
door de staande palen op zijn plaats gehouden. Grote
stukken van deze wanden kwamen nog volkomen intact te
voorschijn en het bijzondere is, dat de hier toegepaste
bouwmethode nog tot diep in de 19de eeuw alom in de
oude Drentse dorpen in zwang bleef. Bij oude boerderijen
treft men bij binnenmuren deze constructie heden ten dage
nog wel aan. In één van de opgegraven woningen trof men
een planken vloer aan en in alle huizen vond men sporen
van een haard. De kleinere huizen waren 4 bij 5 tot 6
meter, de grotere 5 bij 7 meter. Ze waren allen volgens
hetzelfde systeem opgetrokken. Allerlei gebruiksvoorwer
pen van aardewerk, been, steen en hout werden aangetrof
fen, tot een houten roeispaan toe. Het was mogelijk vast
te stellen, dat de bewoners van het gehucht drie verschil
lende soorten tarwe verbouwden benevens gerst. Ook bleek
dat de bewoners rundvee hielden, benevens honden, scha
pen, varkens en vermoedelijk ook paarden. Er werden nog
tal van andere vondsten gedaan, die interessante conclu
sies mogelijk maakten over leefwijze en gewoonten van de
hier wonende mensen, maar het zou ons te ver voeren om
daar dieper op in te gaan. Voor ons van belang is hier in
de eerste plaats, dat de „klassieke" Saksische boerderij
van het hallen-type waarschijnlijk op de hier gevonden
woningen teruggaat.
Landschappelijk gezien moeten we ons dit dorp voorstel
len in een soort park-landschap, verspreide boom-groepen,
oprijzend uit een met grassen begroeide en hier en daar
met veldkeien bedekte bodem, hier een waterplas, daar
een zandverstuiving. Heidevelden waren er toen nog niet.
Deze dateren, zoals reeds eerder werd gezegd, uit later tijd.
Ook de uitgestrekte veen-moerassen, later zo'n deugde
lijke barrière tegen invloeden van buiten, waren nog niet
ontstaan. Vandaar dat ik hierboven kon schrijven, dat
Drenthe met Oldenburg toen nog één cultuurgebied vorm
de. De veengebieden van Oost-Drenthe, later de natuur-