30
brengen, wanneer er veranderd moet worden. Want er van
uitgaande, dat de omstandigheden in velerlei opzicht tot
verandering nopen, blijft er daarnaast toch de noodzaak
deze veranderingen uit te voeren met inachtneming van die
vormgevende factoren, die als onveranderlijk kunnen wor
den beschouwd. Naar de vorm zal er wellicht heel wat ge
wijzigd moeten worden. Dit is onvermijdelijk. Maar laat
ons beseffen, dat deze veranderingen naar de geest zullen
moeten aansluiten bij datgene, wat de eeuwen door ge
groeid is en bij hetgeen aanvankelijk zeker niet toevallig
de vorm gekregen heeft, waar in later eeuwen op is voort
gebouwd. Tot op zekere hoogte is het gevaarlijk al te sterk
bij het verleden te biecht te gaan. Wij zullen in het heden
moeten doen, wat onze hand vindt om te doen. Beschei-
denlijk zullen wij ons daarbij moeten laten leiden door het
voorbeeld van het verleden. Maar tenslotte zijn het toch
steeds weer de mogelijkheden en de noodzakelijkheden van
het heden en vooral onze visie op de toekomst, die ons de
richting voor de toekomstige ontwikkeling zullen moeten
aangeven.