bouwen moeten aan de nieuwe toestand worden aangepast. Ook de akkers. In hun oude staat zijn ze voor machinale bewerking nauwelijks geschikt. Ze zijn te klein en dikwijls onvoldoende rechthoekig van vorm. Een nieuwe indeling der akkers is onvermijdelijk. Hiervoor is een ruilverkave ling nodig, die leidt tot een ruimer en rechthoekiger ver kaveling met een behoorlijk stelsel van nieuwe wegen en waterlopen; in het algemeen tot een verstrakking en tot een vergroting van de schaal van het landschap. Allerlei veranderingen en nieuwe tendenties doen zich ge voelen. Het ontwikkelingsproces is in volle gang. Daarbij zou het mogelijk zijn aan de krachten, die aan het werk zijn, vrij spel te laten. Dit komt dan hierop neer, dat elke boer, dat elk individu voor zich de beslissing neemt op welke wijze hij de nodig geworden veranderingen wenst te bewerkstelligen. Zo ging het in de 19de eeuw. Dit was het uitgangspunt bij de opzet van de veenkoloniën, en men behoeft er dit afschrikwekkend voorbeeld maar op aan te zien om tot de erkenning te komen, dat deze methode, ad absurdum doorgevoerd, zoals dit in de 19de eeuw het ge val was, tot onaanvaardbare resultaten voert. Hier blijkt duidelijk, dat, hoe waardevol het particulier initiatief mag zijn, de overheid het maar niet ongestraft de vrije hand kan laten, zeker niet daar, waar het gaat om de stedebouwkundige ontwikkeling van ons land. De over heid zal hier strikte richtlijnen moeten geven in welke richting zich de toekomstige ontwikkeling zal moeten vol trekken. Duidelijke leiding is hier volstrekt onvermijdelijk. Het tempo, waarin zich industrialisatie, mechanisatie en rationalisatie, ook op het Drentse platteland voltrekken, vraagt een bewust handelen op planologisch gebied. Daar bij zal men er van uit hebben te gaan dat, zoals professor C. van Eesteren in zijn inaugurele rede constateerde, „de inrichting van onze bestaande nederzettingen veelal ver ouderd is en om verbetering roept." Het dorp van de toekomst zal in velerlei opzicht afwijken van het dorp van heden en zeker ook van de dorpen uit vroeger jaren, toen alle dorpsbewoners nog praktisch boer 113

Periodieken van Erfgoed Vereniging Heemschut

Heemschutserie - Boekje 1941-1954 | 1949 | | pagina 125