Gerard Vredeman de Vries, die eveneens glasschrijver
geweest zou zijn. Ook hier geldt echter het bezwaar,
dat wij aan de kunstenaars wier bestaan archivalisch
kan worden bewezen, toch geen behouden gebleven
kunstwerkjes kunnen toeschrijven.
Wel zijn in het Friesch Museum vele gebrand
schilderde ruitjes uit de 17e en 18e eeuw afkomstig uit
Leeuwarder huizen bewaard en dus waarschijnlijk deels
althans ook hier gemaakt. Het hier afgebeelde ge
brandschilderde glas uit 1620, afkomstig uit een huis
op de Tweebaksmarkt alhier is geheel in den stijl der
Vlaamsc'he renaissance versierd (afb. XVIII, 32). Er
zijn in het Friesch Museum verscheidene gebrandschil
derde Leeuwarder ramen, die stijlverwantschap met
het hier afgebeelde vertoonen.
Blijkbaar heeft dit kunstambacht te Leeuwarden
echter geen stand kunnen houden, doch is in de
18e eeuw hoofdzakelijk of geheel naar Sneek verhuisd
waar twee glasschilderfirma's elkaar in het midden der
18e eeuw een felle concurrentie aandeden, n.1. de ge
broeders Thomas en Tjalling Gonggrijp en de Gebroe
ders Ype en Jurjen Staak. De laatsten beweerden, dat
het glasschildersbedrijf reeds van het midden van de
17e eeuw af door hunne voorouders aldaar was be
oefend.
Gebrandschilderde ramen van deze glasschilders zijn
nog in vele Friesche kerken aanwezig o.a. te Akkrum
uit 1761 en 1762 van de Gebroeders Gonggrijp; te
Oudega, Smallingerland (1717) Drachten (1743)
Engwierum (1746) Wartena (1780) van de gebroeders
Staak en te Surhuizum (1734) Goëngarijp (1770)
Idaard (1774) Scherpenzeel (1788) Oudemirdum
1790) Oudkerk en Suameer van Ype Staak.
Deze 18e eeuwsche kerkglazen zijn speciaal met
wapens en in ornament gevatte opschriften versierd.
Met den Franschen tijd moest de onschuldige
18e eeuwsche liefhebberij om met wapens te pralen
85