Hage schrijft ons van alles particulierlijck omme ons
daer na te reguleren."
Van Jean Hicnar is mij tot nu toe niets gebleken,
mogelijk is hij uit de Zuidelijke Nederlanden, waar
deze industrie o.a. in het Luiksche bloeide, naar hier
gekomen, of heeft zich, evenals de Pentermans, waar
schijnlijk als soldaat in de dikwijls maar al te gastvrije
Republiek gevestigd.
Ook deze kunstnijveren waren met anderen in één
zelfde gilde opgenomen zooals blijkt uit een rolle van
de slotmakers, spoormakers, mesmakers, roermakers
ende laadmakers binnen Leeuwarden van 12 Octo-
ber 1677.
In de Princessehof-verzamelingen zijn ook opgeno
men een groep ruitersporen, waarvan de oudsten van
brons uit den Frankischen tijd uit terpen te voorschijn
zijn gekomen. De kloosterterp van Foswerd leverde een
wel 30 c.M. lang bronzen exemplaar, afkomstig van
zijn abt of van een van de deftige bezoekers van dit
klooster. De sporen uit de 17e eeuw en later zijn
meest van ijzer.
Een ambacht, waarvan pas in de 2e helft van de
18e eeuw hier de eerste sporen worden aangetroffen
is dat der
W eerglasmakers.
In dien tijd schijnt zich hier als weerglasmaker ge
vestigd te hebben J. Solaro, van geboorte een Italiaan.
Eenige malen vindt men ook advertenties in de
Leeuwarder Courant van een familielid Anton Solaro,
die tuberraosballen te koop aanbiedt terwijl kwikbaro
meters, die zoo decoratief tegen de gewitte muren van
een ouderwetsche gang hangen ook voorkomen met de
adressen van J. Solaro, Martini, E. Beltrami Comp.
en Arzoni te Leeuwarden. De namen dezer kunstnijve
ren duiden hunne herkomst uit Italië duidelijk aan.
Meestal gingen deze schoorsteenvegers, als zij hier vol-
81
6