naar Leeuwarden is overgeplaatst. De groote overeen komst, die speciaal de eivormige horloges hebben met die van de horlogers uit Blois en Parijs doet mij er aan denken, dat deze industrie in het laatst van de 16e eeuw door uit Frankrijk gevluchte Hugenoten naar Neder land is overgebracht. De belangrijkste onder de Leeuwarder horloge makers is zeker Wijbe Wijbrands geweest, de vriend en vertrouwde van den Frieschen stadhouder. Van hem zijn horloges in het Museum Willet Holthuysen en in dat van den Bond van Horlogemakers in het Gemeente-Museum te Amsterdam. In de tweede helft van de 17e eeuw en in de 18e eeuw ontwikkelden .deze bedrijven zich hoofdzakelijk als klokmakerijen. In Leeuwarden, Harlingen, Grouw en in andere plaatsen werden staande gangklokken (afb. XVI, 29), tafelklokjes (XV, 28) en andere staande en hangende uurwerken gemaakt (XVI, 30). Daarnaast werden op het platteland in Joure, Kollum, Gorredijk en andere dorpen de z.g.n. stoeltjes- en later de staart stuk-klokken vervaardigd, terwijl nu ook deze grooten- deels als huisindustrie beoefende kunstnijverheidsbe drijfjes tot de antiquiteitenzaken zijn gaan behooren. Een tak van kunstnijverheid, die te Leeuwarden o.a. in de achttiende eeuw beoefend is, doch die geheel in het vergeetboek was geraakt, is die van het maken van kunstvol versierde geweren en pistolen. De geweer- en pistoolmakers. Op het spoor van deze hier reeds lang uitgestorven tak van kunstnijverheid kwam ik door een bezoek aan de „Königliche Gewehr-Galerie zu Dresden" in het jaar 1927, waar ik een viertal z.g.n. ruiter-pistolen uit het midden der 18e eeuw aantrof respectievelijk ge signeerd „Penterman in Lieuwarden" en „Jean Hicnar" a „Leeuwarde" (afb. XVII, 31). 79

Periodieken van Erfgoed Vereniging Heemschut

Heemschutserie - Boekje 1941-1954 | 1948 | | pagina 82