eeuwsche vijzels en Hokken in het Princessehof zijn niet
minder dan vijf gesigneerde exemplaren van Leeuwar
der gieters t.w. vanGregorms Gregori Hallensis
(1604) Jacob Noteman (1646) Jurgen Balthasar
(1651) en Petrus Overney (1692 twee stuks) (afb.
XII, 22).
Het geelgietersbedrijf
Het geelgietersbedrijf, dat naast vijzels, kerkkronen,
kandelaars en kranen allerlei andere voorwerpen van
huishoudelijk gebruik leverde, bleef in eere ook nadat
de geoctrooieerde klokgieterij, waarschijnlijk kort na
1711hier te niet ging. Blijkbaar woonden de mees
ters van dit en het aanverwante gilde der smeden in
de Slotmakers-straat. Van een in die straat gevestigde
geelgieterij vond ik in een advertentie uit de tweede
helft der 18e eeuw: „aangeboden alderley zoort van
Kerk-kronen van 50 pond, van 100 pond, van 200
pond, van 400 pond, van 800 pond, ook allerley zoort
van Bouteljekranen, Bierkranen, Pompkranen, heel
grote kranen in Stokers bee's, Brouwers Ketels en aller
hande fatzoen van Paarde Gereyden. Giet ook het
Koperwerk in de Muurwerken en Metalen Kommen
in zijlsdeuren."
De bronzen leeuwekop, die tot uitmonding diende
van de pomp bij de vroegere stedelijke vischmarkt
(thans bewaard in het Princessehof) is mogelijk het
werk van een Leeuwarder geelgieter uit 1634 (afb.
XII, 23), terwijl de, zeker ook reeds eenige eeuwen
oude koperen kraan (XIII, 25), die ik in het be
gin van deze eeuw kocht bij een koperslager in de Slot
makersstraat wel afkomstig zou kunnen zijn uit de
geelgieterij van de familie Pluimker, die in de 18e
eeuw in die straat gevestigd was, Er zijn hier zeker
vele geelgieters geweest en hunne namen zijn in de
archieven wel op te diepen, doch dit is van weinig
belang daar toch geen werkstukken aan hen zouden
70