Hans Falck, die van Neurenberg afkomstig was,
huurde in 1619 de oude Kerk van Nijenhove en ves
tigde er zijn klokgieterij. Hij werd opgevolgd door
Jacob Noteman, die in 1637 een klok in de Oldehove
leverde en die in 1654 werd opgevolgd door Jurjen
Balthasar, omstreeks 1670 opgevolgd door Petrus Over-
ney afkomstig van Suawoude, welke laatste zeker nog
tot in 1711 werkzaam was.
In het jaar 1672 zien wij de Friesche Staten reeds
waarschuwen tegen de gevaarlijke praktijken van som
migen dezer Duitsche emigranten, die in Holland
brood en voorspoed kwamen zoeken. Zeker een spion-
nenorganisatie gelijk aan de beruchte vijfde colonne
van den Duitschen overvalsoorlog van 19401945. De
lessen der geschiedenis zijn ook hier zeker het noteeren
waard.
Dr G. H. van Borssum Waalkes heeft een halve eeuw
geleden den inventaris opgemaakt van de vele klokken
in de Friesche torens. In 1944 kon deze inventaris gron
dig worden herzien en in een uitgebreid fotografisch
archief worden vastgelegd. Gelukkig hebben de Duit-
schers niet genoeg tijd en gelegenheid gehad alle door
hen geroofde klokken te versmelten.
De groote meerderheid onzer oude dorpsklokken is
door verstandige maatregelen onzer regeering weer naar
hun oude standplaatsen teruggevoerd en kan gelukkig
den ouden cultuurplicht bij geboorten, huwelijken en
begrafenissen weer waarnemen. Niettegenstaande het
Octrooi van de Leeuwarder klokgieters treffen wij in
het midden der 17e eeuw ook in Sneek een klokgieterij
aan en wel van de Gebroeders Jelte-, Pier- en Johan
Riemers Gravius van Hoeitema. 't Is mij echter niet
bekend waar dit bedrijf te Sneek stond en of er nog
werkstukken van bewaard zijn gebleven.
De Friesche klokgieters maakten ook andere ge
bruiksvoorwerpen. In de verzameling 16e, 17e en 18e
69