scheidene meesters, die deze kunstwerken maakten.
Van deze meesters is ons weinig anders bekend dan
wat hunne 'kunstwerken ons van hen weten te ver
tellen. Niet onwaarschijnlijk hebben vele dezer mees-
ter-steenhouwers hun atelier in Friesland gehad o.a.
Vincent Lucas te of in de omgeving van Frane-
ker, waar in de Martini-kerk een belangrijke collectie
tegen de koormuren zijn opgericht. De schrijver wijst
op de merkwaardige stijlverandering, die bij deze
kunstnijveren is op te merken. In het tweede kwart
van de 16e eeuw hebben deze steenhouwers hunne
voorbeelden gezocht uit de ornamentprenten of an
dere voorbeelden der Italiaansc'he renaissance. In het
midden van de 16e eeuw komt echter de invloed, die in
dezen van Vlaanderen uitging daarvoor in de plaats
Wij kunnen dezen invloed van de Vlaamsche Renais
sance voor onze provincie en voor ons geheele
land, in de tweede helft van de zestiende eeuw moei
lijk overschatten. Trof toch de Leeuwarder Hans
Vredeman de Vries, die door de uitgave van zijn
ornamentboeken meer dan wie ook heeft bijgedragen
tot de verspreiding van dezen nieuwen stijl, toen hij
in zijn jeugd in Kollum werkte daar niet reeds, in
het midden van de 16e eeuw dus, een eenvoudigen
schrijnwerker aan, die ijverig de ornamentboeken van
Pieter Coecke van Aalst bestudeerde en bevat de
dorpskerk van Oosterend niet nog de gebeeldhouwde
eikenhouten kraak of oksaal uit het jaar 1554 in den
van Antwerpen uit verspreiden Cornelis Floris-stijl?
(afb. VIII, 15).
57
MARSSUM-^JDl-P'POPTWOT voorpwil