banken, die thans in het koor van de Martinikerk aldaar
zijn opgesteld (afb. VII, 13). Als wij het nog in zijn
oude stadswallen weggedoken stadje bezien met zijn
beide Gothische kerken, zijn rijk Renaissance stadhuis
en fraaie particuliere gebouwen en wij ons indenken,
dat daar mannen geleefd hebben als Gijsbert Japix, de
zeventiende eeuwsche dichter aan wien het behoud
van het Friesch als literaire taal te danken is en als
Claes Baardt de zilverdrijver wiens werk nog met
dat van de eerste meesters in zijn vak op één lijn kan
worden gesteld, dan beseffen wij den grooten culturee-
len invloed, die van dergelijke centra is uitgegaan. Ook
de andere Friesche stadjesSneek met zijn waterpoort,
Franeker met zijn stadhuis, Harlingen met zijn vele
mooie particuliere gebouwen, Dokkum met zijn oude
zeehaven in het midden der stad, Workum met zijn
kerk, Hindeloopen met zijn museum, Stavoren met
zijn oude geschiedenis, Ijlst met zijn messingklopper
en Sloten met zijn grachtjes, hebben allen iets typisch.
Ieder dezer stadjes is nog een karakteristiek en levend
openlucht museum. Op markt- en feestdagen zijn deze
stadjes vol levend en vroolijk gewoel. Niet minder
mooi zijn ze vaak op stille dagen wanneer ze rustig
liggen te droomen en aangename herinneringen aan
lang vervlogen dagen bij ons opwekken.
Ap«llP ihiftfeb. Jv'
5°
FRANEKER WATERPOORT