belangrijke buitenlandsche cultuur-stroomingen naar
ons afgelegen gewest had weten te trekken. Overge
gaan op de aristocratische en democratische partijen
in de Friesche samenleving moet de anarchie, die hier
van gedurende de geheele 15e eeuw in Friesland het
gevolg is geweest fnuikend op het kunstambacht, de
luxe in het leven, ingewerkt hebben.
Duidelijk valt dit te constateeren in de Stadtboeken
van de verschillende Friesche steden. De artikelen van
die Stedelijke Wetboeken geven ons een aardigen kijk
op de maatschappelijke toestanden in Leeuwarden en
de andere Friesche landstadjes in de 15e eeuw.
Het leven was er eenvoudig, vele boerenbedrijven
(veehouderij, vlasbewerking) werden in de stad zelf
uitgeoefend. De meeste huizen waren van hout met
riet gedekt, de wallen van de grachten in en om de
stad grootendeels onbeschoeid. Iedere burger onder
hield de straat en de wal voor zijn eigen huis. Bepa
lingen omtrent woningbouw, welstand, reiniging en
brandgevaar waren reeds vrij talrijk doch wijzen meest
op zeer primitieve toestanden.
Doordat pottenbakkerij en andere gevaarlijke be
drijven in de stad zelf werden uitgeoefend ontston
den dikwijls groote stadsbranden. In 1483 ontstond
een dergelijke brand doordat in een pottenbakkerij
bij de Korf makerspij p midden in de stad dus, brand
uitbrak. Niet minder dan 200 huizen verbrandden
hierbij. Later werden deze gevaarlijke bedrijven bin
nen de grachten verboden en zien wij ze naar de
buitenwijken, het Vliet, Camstraburen, Snakkerburen
en Huizum overgebracht.
Hoofdzakelijk alleen de bedrijven, die noodig waren
voor de instandhouding van het dagelijksch leven,
treft men aan als: backers, brouwers, wijntappers,
schoen- en kleermakers (schroors) vleyschhouwers,
timmerlieden, metzelaars, kupers en barbiers de laatsten
45