ling werden gevonden, alsmede van Romeinsche dak
pannen, o.a. in groote hoeveelheden gevonden in de
terp te Hatzum. Mr Boeles concludeert uit de vondst
te Winsum een tijdelijk verblijf van Romeinsche bezet
tingstroepen in Friesland. Ook de vondst van Romein
sche dakpannen wijst er op, dat hier waarschijnlijk in
de 3 de of de 4e eeuw naar Romeinschen trant gebouw
de huizen hebben gestaan, misschien wel door Friesche
legioensoldaten gebouwd, die teruggekomen, Romein
sche behoeften hadden overgenomen.
Ook het bekende Romeinsche exportaardewerk is
in groote hoeveelheid in de terpen gevonden. In de
eerste plaats wel het rood gekleurde aardewerk
„terra sigilata", waaronder kommen, schotels, wrijf
schalen en ander sier- en gebruiksvaatwerk, voorname
lijk uit de fabrieksplaats Rheinzabern en waarvan vele
exemplaren met merken van pottenbakkers zijn voor
zien. Verder het „terra nigra'' vaatwerk met zijn gepo
lijste dofzwarte uiterlijk, getypeerd door buitengewoon
elegante vormen, waaronder de bekers op slanken voet
uitmunten en sporadisch allerlei gewoon gebruiksaarde.
werk meest gemaakt in de bezette gebieden van het
Rijk in de nabijheid van de groote legerplaatsen bij Nijr
megen, in België, in de omgeving van Trier of in de
Rijnstreek. Ook kleine Godenbeeldjes van aardewerk
zijn uit de terpen te voorschijn gekomen. Een merk
waardigheid is, dat op enkele stukken Romeinsch aar
dewerk, speciaal gevonden in de terp te Ferwerd, vroeg
Christelijke emblemen voorkomen. Of hieruit mag
worden geconcludeerd, dat zoo vroeg reeds Christe
lijke ideeën in Friesland zijn doorgedrongen, is zeer
zeker de vraag. Men kan echter wel aannemen,
dat de Romeinsche pottenbakker, die dit aardewerk
omstreeks de 4e eeuw onzer jaartelling maakte, reeds
tot het Christendom was bekeerd.
Een bijzonderheid vormen een tweetal zwart ge
verniste Romeinsche bekers van slank model, versierd
20