HET ONTSTAAN
Antwerpen wordt voor de eerste maal vermeld in
een schrift van de 8e eeuw dat terugblikt op de
jaren 641 45. De stad wordt daarin Anoverpis
genoemd, hetgeen beteekent een aanspoeling van
grond langs de rivier.
Maar voorheen reeds, in de 4e eeuw, kwamen Sa-
lische Franken hier opgerukt en vormden de eer
ste nederzetting.
Tusschen 650 en 660 komt de bisschop-missionaris
Amandus er het Christen geloof prediken en bouwt
tegen den stroom een kerk aan St Pieter gewijd.
Omstreeks denzelfden tijd wordt Antwerpen een
versterkte plaats.
In 836 komen de Noormannen de Schelde opgeva
ren en steken alles in brand. Doch de nederzetting
is taai, de pioniers zijn volhardend, en in 1008 ver
rijst aan den stroom een burcht, de burcht van het
Duitsche Keizerrijk. Binnen zijn muren zijn de
menschen alweer aan gang en rond de burcht gra
ven zij een breede gracht, de „Dilft", ter beveili
ging van have en goed.
De onmiddellijke buurt van de nederzetting be
staat uit „gebroekten" of zompig houtland, maar
doorheen de moerassen loopen natuurlijke land-
ruggen waarover het omliggende land op sommi
ge plaatsen kan bereikt worden en de Eyendijk
aansluitend bij den landrug Oude Beurs, Wol
straat, Kipdorp en Borgerhoutsche Steenweg wordt
gebouwd, zoodat er een verbinding verwezenlijkt
is met Deurne en zijn monniken.
In de 12e eeuw is binnen in de burcht de St Wal-
11