Zij zijn niet enkel ambachtelijk verantwoord, maar tevens het werk van een kunstenaar. De namen van gekende beeldhouwers zijn trouwens soms aan deze uitzonderlijke gewrochten verbonden. Deuren of poorten werden omringd met een vooruitsprin gende lijst in arduin. Deze poortomlijstingen noemt men in Antwerpen „de poortjes". Zij zijn onge meen talrijk en mogen tusschen de merkwaardig heden van de stad gerekend worden. En, hetgeen vooral treft, zij hebben hun eigen stijl, hun eigen vormtaal. Geen twee omlijstingen zijn dezelfde, de verscheidenheid is ongemeen. Er zijn er in Vlaam- sche Renaissance, in Louis XIV, in Regence, in Rococo, Louis XVI, in Empire, kortom in talrijke verschillende Vlaamsche en 18de eeuwsche uit Frankrijk ingevoerde stijlen; sober, weelderig, een voudig, uitbundig, klein, volumineus, monumen taal, enkele met peervormig motief, leeuwenkop pen en de Antwerpsche roos. Bij de 18de eeuwsche klimt meermaals de omlijs ting boven de ingangsdeur opwaarts, bouwt er een nieuwe versiering die zich aansluit bij het ver - trekpunt en er mee vergroeit tot een enkele schep ping, rond een kleine met initialen versierde ven steropening boven de poort of omheen een waaier die dan op zijn beurt opgeluisterd wordt met sier motieven, want ook deurwaaiers waren steeds een brok schoonheid op zichzelf aan vele woongevels en het mag jammer genoemd worden dat latere bouwwijzen ze totaal verdrongen hebben. Bij de trap- en puntgevels eindigt de poortversie ring geregeld boven de ingangsdeur. Zij omlijst den ingang zonder meer, neemt ook zelden groote afmetingen aan. Bij de patriciërshuizen daarente- 89

Periodieken van Erfgoed Vereniging Heemschut

Heemschutserie - Boekje 1941-1954 | 1948 | | pagina 110