onbekend bleef, naar Vlaardingen om te plun deren, waarna zij de stad in brand staken, alles zoogenaamd om de Spanjaarden afbreuk te doen! Mogelijk spruit hieruit voort de lange jaren be staan hebbende animositeit tusschen de Vlaar- dingsche en Schiedamsche jongelingschapKerk en toren, Stadhuis, Weeshuis en Zus terenklooster brandden af; zelfs de „clockspeys" werd mede genomen Wel is waar werden van overheidswege in de vol gende jaren verschillende maatregelen genomen om de zwaar getroffen bevolking tegemoet te komen, doch deze bleef gebukt gaan onder ver schillende rampen, die haar verder troffen: in 1602 woedde de pest, waardoor de bevolking leed onder een groote sterfte en eenige jaren later, in 1606, woedde er een felle brand, die de geheele Voorstad of Kortedijk in vlammen deed opgaan. De kerke lijke geschillen van 1618 en volgende jaren gingen verre van ongemerkt aan Vlaardingen voorbij en veroorzaakten veel beroering, terwijl de oorlogen met Engeland de haringvisscherij groote schade berokkenden. Tot overmaat van ramp brak in 1665 de pest hier te lande weer uit, waardoor ook Vlaar dingen weer zwaar werd getroffen. De dichter, die het volgende rijmpje plaatste onder een kopergra vure van Vlaardingen vond wel de juiste woorden: Heeft eenig Nederlandsche stad Gedeeld in Neerlands ramp en zegen, In pest en oorlog, krijgsmans woên, In twisten, die vaak grauwlen pleegen; Maar ook in bloei, die 't nog geniet, 't Is Vlaardingen, dat men hier ziet. Die bloei duidt op de volgende jaren, het begin van de periode, die bekend staat onder den naam van de gouden eeuw, toen naast den opbloei van 79

Periodieken van Erfgoed Vereniging Heemschut

Heemschutserie - Boekje 1941-1954 | 1948 | | pagina 87