HOOFDSTUK IX
GESCHIEDENIS
Ais de duisternis, die sedert het verval der Ro-
meinsche heerschappij gedurende eenige eeuwen
over de geschiedenis van ons land ligt, allengs
eenigermate opklaart, zoodat de blik van den
geschiedvorscher althans iets van den toestand
ontwaren kan, doet zich aan den rechter Maas
oever, van den IJsel tot aan zee, slechts één stad
voor, Vlaardingen, Fladirtinga, zooals men den
naam dan schrijft.
Aldus Prof. R. Fruin en op gezag van dezen
en vroegere historici moeten wij aannemen, dat
Vlaardingen Hollands oudste stad is.
De alleroudste gegevens zijn zeer vaag, zooals dat
bij zoovele plaatsen het geval is.
In vroeger tijden werd de naam op zeer verschil
lende wijzen geschreven; zoo vinden wij Phladir-
dinga, Phladirtinga, Flaterdingen, Flardinga,
Flardingen, Fleretelingen, Flerditinge, Flerdinge,
Flerdinck, Flerdingen, Flertingen, Fleerdingen,
Vleerdingen, Vlaerdingen en ten slotte Vlaar
dingen, welke naam ontleend is aan het stroompje
de Vlaarding, dat ontspringt iets ten noorden van
het dorp Kethel, zich kronkelt door de weilanden
van de Holiërhoeksche en Zouteveensche polder
om onder de brug bij het raadhuis der voormalige
gemeente Vlaardinger-Ambacht en den Holyweg
door te loopen, de Algemeene Begraafplaats te
doorsnijden en uit te monden in de kolk van de
Zijl aan de Delftsche Vaart.
Wat beteekent nu Vlaardingen? Daar wij weten,
7i