nenland, want in ons waterrijk land was voor vrachten de binnenscheepvaart de gemakkelijkste weg, gaf vele handen werk, evenals de stichting van tal van branderijen. Het was een gouden tijd voor de stad aan de Maas en de groote welvaart, die er heerschte, blijkt wel uit het feit, dat men er tachtig équipages telde. Ook de mooie huizen aan Lange en Korte Haven, aan Tuinlaan en Lange Nieuwstraat getuigen van dien tijd. De laatste jaren der 18e eeuw brachten een omme keer. De uitvoer werd ten zeerste bemoeilijkt, doordat de Engelschen onze kusten blokkeerden in den Franschen tijd; de belastingen werdensterk verhoogd en het stoken werd beperkt, zoo niet on mogelijk gemaakt, door de voorschriften, die gege ven werden. Het was een groote inzinking, tengevol ge waarvan tal van branderijen opgeheven werden. De i ge eeuw gaf weer een periode van toenemende bloei te zien. Er werden weer nieuwe branderijen opgericht, ook buiten de stad en het hoogtepunt werd bereikt in 1883, toen men 369 branderijen en 3 stoombranderijen telde. Na dien is het berg afwaarts gegaan. Onder de oorzaken, die dit be werkten zijn o.a. te noemen de achteruitgang van het alcoholgebruik, waartoe ook de hooge accijn zen meewerkten, en de uitbreiding van de alcohol- fabricatie in het buitenland, waardoor de export verminderde. Echter is de voornaamste oorzaak van den grooten achteruitgang de oprichtingen opkomst der spiritusfabrieken geweest. Daar de moutwijn uitsluitend uit graan gestookt kan wor den, kunnen voor de spiritusfabricatie veel goed- koopere grondstoffen gebruikt worden, zoodat laatstgenoemde fabrieken gemakkelijk kunnen con- curreeren. Daarbij gevoegd een veel tegemoet komender houding van de overheid, waardoor de spiritusfabrikanten veel minder kosten hebben dan 61

Periodieken van Erfgoed Vereniging Heemschut

Heemschutserie - Boekje 1941-1954 | 1948 | | pagina 65