HOOFDSTUK VII
UIT DE GESCHIEDENIS VAN HET
BRANDERSBEDRIJF
De naam Schiedam is door de producten van
het brandersbedrijf zoo bekend geworden over de
wereld, dat niet over deze stad kan geschreven
worden zonder een en ander van deze belangrijke
bedrijfstak te vertellen, die reeds gedurende vele
eeuwen te Schiedam bloeit en nog heden ten dage
wordt uitgeoefend, waarbij de oude roem gehand
haafd bleef.
Wanneer deze nijverheid zich te Schiedam ves
tigde valt niet met zekerheid te zeggen; wel is
bekend, dat deze in Rotterdam en Weesp met succes
werd uitgeoefend en dat het vooral deze plaatsen
waren, die de stad aan de Maas de loef afstaken,
tot dat Schiedam zijn positie op dit gebied begon
te veroveren. In andere plaatsen was dit bedrijf
van weinig of van voorbijgaande beteekenis.
Nadat de „ghebranden wijn" hier te lande uit het
buitenland werd ingevoerd uit Frankrijk kwam
de wijnbrandewijn, uit Duitschland die uit koren
werd gestookt ging men er hier in de tweede helft
der 16e eeuw meer en meer toe over zelf de
brandewijn (moutwijn) te bereiden.
Intusschen waren er beletselen, die een groote uit
breiding in den weg stonden, zoodat de Schie-
damsche jenever-industrie zich nog niet voldoende
kon ontwikkelen: de accijns, die toen reeds werd
geheven. Men leest, dat „den soberen aftreck van
de moutwijnbranderijen ende den sleghten toe-
standt van de branders van dien" oorzaak waren,
57
