De ruïne van Matenesse. Midden in de stad, tusschen de R H.B.S. en de oude Alg. Begraafplaats ligt de ruïne van Mate nesse, overblijfsel van hetgeen eens was het kasteel der Heeren van Matenesse, waarvan de stichting in het grijs verleden verloren gaat. Dit kasteel, het Huis te Riviere, was waarschijnlijk als tolhuis gebouwd dicht bij de toenmalige monding van de Schie. Na den dood van gravin Aleid, weduwe van graaf Jan van Avennes, die het kasteel bewoonde en die in 1275 de stad zelfbestuur verleende, gaf graaf Willem IV in 1339 het Huis te Riviere met om geving aan Heer Diederik van Matenesse, in wiens geslacht het verbleef tot 1688. Tijdens de twisten tusschen de Hoekschen en Kabeljauwschen werd het slot in 1351 door de Delftenaars verwoest tegelijk met tal van andere kasteelen in Holland. Een kroniekschrijver schrijft hierover later: „Die van Schiedam en hebben sedert niet willen toelaten, dat dyt slodt soude opgetimmert werden, dat nu noch in syn muyren leyt, waarvan dat men de grootte bequamelyk kan syen". Toch schijnt het kasteel later te zijn her bouwd, waarvan de tegenwoordige ruïne het over blijfsel is. Toen de laatste Heer van Matenesse was overleden, kocht de stad Schiedam in 1688 de ambachtsheerlijkheid van Oud-Matenesse en de hooge heerlijkheid van Nieuw-Matenesse. Nadat deze heerlijkheden in 1813 een afzonderlijke ge meente waren geworden, werd deze met het jaar 1868 opgeheven en bij Schiedam gevoegd. Het z.g. Huis te Riviere, dat men aanwijst waar de Oude dijk bij de Schie uitkomt heeft niets met het genoemde te maken; de reden waarom die plaats deze naam draagt is onbekend. 35

Periodieken van Erfgoed Vereniging Heemschut

Heemschutserie - Boekje 1941-1954 | 1948 | | pagina 37