gracht gegraven van de Rotterdamsche Poort tot aan de oprijlaan van Matenesse bij de Overschie- sche Poort. De Hoeksche en Kabeljauwsche twisten zouden niet onberoerd voor Schiedam voorbijgaan. Nadat Jonker Frans van Brederode aan het hoofd der Hoekschen Rotterdam had veroverd, liet hij op 4 December 1388 onder Cornelis van Treslong een aanval op het, op de hand der Kabeljauw- schen zijnde, Schiedam doen, waarbij de Schie dammers na aanvankelijk succes door de Hoekschen werden geslagen. Dat dit den Schiedammers dwars zat, laat zich denken en toen dan ook de Hoek schen, na het slot IJsselmonde te hebben inge nomen, met hunne schepen de Maas afzakten voorbij Schiedam en Vlaardingen tot Maasland, om daar voort te gaan met hunne plunderingen, grepen de Schiedammers de gelegenheid aan om wraak te nemen. Onder commando van Nicolaas van Wittenhorst ging een te Schiedam gelegerde troep krijgsvolk, waarbij zich een groot aantal burgers aansloten, scheep om den vijand den terug weg af te snijden. Tusschen Schiedam en Vlaar dingen vond het treffen plaats, dat eerst onbeslist bleef, doch na verloop van eenige uren kregen de Rotterdamsche Hoekschen de overhand en niet lang duurde het, of de Schiedammers waren gesla gen. Ons, die eenige eeuwen later leven en twee wereldoorlogen beleefden met al hunne verschrik kingen, doet het wat lachwekkend aan wanneer wij hooren, dat Jonker Frans Rotterdam aanviel met 150 man en dat bij laatstgenoemde „slag" tusschen Schiedam en Vlaardingen de Rotter dammers twaalf manschappen en één roei-jacht verloren! Het waren toen oorlogen in duodecimo. Herhaaldelijk hadden hierna schermutselingen en slagen plaats tusschen de Schiedammers en Rotter- *5

Periodieken van Erfgoed Vereniging Heemschut

Heemschutserie - Boekje 1941-1954 | 1948 | | pagina 13