HOOFDSTUK XIV
DE A MBA CHTSHEEREJV
laardingen was van oudsher een grafelijke stad
en stond dus onmiddellijk onder de Graven van
Holland. Niettegenstaande vindt men er reeds in
de oudste tijden een ambachtsheer van Vlaar
dingen, wiens rechtsgebied was de om Vlaardingen
liggende ambachtsheerlijkheid van Vlaardinger-
Ambacht, die in 1814. een afzonderlijke gemeente
werd, welke in 1941 werd opgeheven en grooten-
deels bij Vlaardingen gevoegd.
De oudst bekende ambachtsheer was Jan van
Wateringe, die in 1374 of 1375 opgevolgd werd
door zijn zoon Aelbrecht, wiens dochter huwde
met Gerrit van Egmond. Uit dit huwelijk werden
twee zoons geboren, Gcrard en Jan, waarvan eerst
genoemde zonder nazaten overleed, terwijl de
tweede zoon, die met Jenne van Ar kei trouwde,
een zoon naliet, Jan, die zonder oir stierf, waardoor
het leen weder aan den Graaf van Holland verviel.
Deze, Graaf Willem VI, schonk de ambachtsheer-
lijheid toen aan zijn bastaardzoon, Lodewijk, die
haar 18 Juli 1417 aan Helmich van Doornik ver
kocht, die haar opdroeg aan Jonkvrouw Willem
van Wateringe. Deze huwde met Willem van
Naaldwijk, waardoor het bezit in diens geslacht
kwam.
Hierin bleef zij tot dat zij vererfde op Machteld
van Montfoort van Arenberg, die er in 1506 mede
werd beleend, waarria in 1550 haar kleindochter,
Margriete van Ligne van Arenberg, echtgenoote
"9
