(f 4 Februari 1886) en zijn zoon Simon (f 17
October 1922) waren blijkbaar met de rederijkers
geest geïnspireerd en deden voor de dichtstukken
der rederijkers niet onder, waaraan herinneren
hunne op plano bladen gedrukte en met een af
beelding van het Stadhuis of de Vischbank ver
sierde Nieuwjaars- en Zegewenschen van de
Nachtwakers, Karrelieden of van de Gaslantaarn
aanstekers x), die ouderen zich ongetwijfeld nog
wel zullen herinneren.
Ten slotte bevinden zich in het museum nog een
tweetal steenen, die de aandacht vragen. Een is
afkomstig van het pand Kortedijk 19; hierop
komen 2 gele sterren voor, van onderen vergezeld
van 4 roode loopende honden, waaronder een klok
of bel, links vergezeld van de letters F.C.C.V.,
rechts 17 D.D.V.W. 00.
De tweede steen werd gevonden op den zolder van
het stadhuis en het is de vraag, of we hier met een
gevelsteen te doen hebben, dan wel met een ge
deelte van een uitvoeriger gevelversiering, die lang
geleden verdween. Op deze steen staat binnen een
gebeeldhouwde renaissance cartouche:
Geschiet u spijt gedocht en
lijt met sinnen ghebrooken
want het sal tsyner tit al sondar
strijt wel worden gewroken.
De aandachtige beschouwer zal ongetwijfeld hier
en daar nog wel een oude klok-, trap- of tuitgevel
ontdekken, hetzij in baksteen of gepleisterd, doch
het zijn alle eenvoudige gevels die over bleven,
welke geen bizondere pretentie hebben.
De Bibliotheek over Vlaardingen ten Gemeente-Archieve
bezit eene verzameling van deze nieuwjaarswenschen, waar
van men bij particulieren ook nog weieens exemplaren
aantreft.
118