Hier rookt men Haerink puyck van vis,
Soo lange, tot se Boeking is.
Hier verkoopt men Boeking schoon,
Ghij kuntse sien, sij hangt ten toon.
Op den Kortedijk vindt men op no 122 een uit
het midden der zeventiende eeuw dateerenden
topgevel met gesneden balk en metselmozaiek,
benevens het jaartal 1651 en toogramen op de
eerste verdieping. Aan het einde van den Kortedijk
staat de hooge romp van den vroegeren Stads-
korenmolen. Deze molen staat hier sedert onheu
gelijke tijden en werd in 1585 door het Stadsbe
stuur gekocht. In 1688 werd de houten molen
door een steenen vervangen, waarvan het boven
deel van hout met rieten bedekking. Door ouder
dom bouwvallig geworden werd hij in 1790 geheel
in steen herbouwd, bij welke gelegenheid een
tweetal gedenksteenen in de muren werden aan
gebracht, waarop te lezen staat:
Den eersten steen gelegd door Ary Voogd Jr.
Op den 25 Maart Anno 1790.
en
Deze molen is gebouwd in den jare 1790
als regerende Burgemeesteren waren
Antony Ruiterus
en
Abraham van Rijn.
Wanneer men naar de stad terug wandelt, komt
men tusschen den Kortedijk en de Hoogstraat
over de Delflandsche sluizen. Het zijn er drie, de
sluis van Vlaardinger-Ambacht, die van Rijswijk
en die van Schipluiden, gebouwd in 1389, waarvan
de eerste, het dichtst bij de stad gelegen, een
schutsluis is, de verbinding voor vaartuigen uit
xi6
