HOOFDSTUK XI
DE GROOTE KERK
Toen Willibrord in 695 te Rome tot aartsbis
schop van de Friezen was gewijd, werd Utrecht
de zetel van zijn bisdom, tevens het middelpunt
van zijn werkzaamheid. In de kloosterschool werd
de geestelijkheid gevormd en opgeleid, die uit de
bevolking van ons eigen land werd gekozen.
Van Utrecht bereisde Willibrord de duinstreken,
waar hij de zoogenaamde moederkerken van Hol
land stichtte te Petten, Heilo, Velzen, Oegstgeest
en Vlaardingen. Rijke schenkingen in Holiand en
in Brabant vooral maakten het mogelijk kerken
te bouwen en in stand te houden -1)
Waar dit eerste Vlaardingsche kerkje heeft ge
staan is niet met zekerheid te zeggende meeningen
loopen hierover uiteen. Volgens sommige oude
geschiedschrijvers zou het gestaan hebben aan den
oever van de Vlaarding, ongeveer tusschen de
Kortedijk en de Bree- of Delftschevaart. Dr. J.A. J.
Jousma meent het in zijn onlangs verschenen dis
sertatie meer noordelijk te moeten plaatsen en wel
in het hooge, oude gedeelte van de Holiërhoeksche
polder, op de landerijen van Clattenburg. Zou
deze stichting daarjuist zijn, dan zou de geschie
denis zich in 1940 hebben herhaald, toen in ge
noemd jaar een nieuwe kerk der Nederduitsch
Hervormde Gemeente, de Bethelkerk, zuidelijker
94
x) Voorrede Catalogus van de St Willibrord Tentoonstel
ling. Utrecht, 1939.