hier kon men den muur beklimmen. We hebben daarvan nog enkele over: het Sluisje, de torentjes van de Kampbinnenpoort en die van Muurhui zen 33. Waar deze veel lager zijn dan de thans belendende huizen is het toch wel duidelijk, dat deze huizen later zijn gebouwd. Bij de restauratie van Groot en Klein Tinnenburg, waarop we straks nog terugkomen, zijn nu ech ter in den gevel aan de stadszijde drie forsche bogen aan het licht gekomen, kennelijk van den ouden stadsmuur. De Heer W. van Gent, architect alhier, die deze gebouwen gerestaureerd heeft, maakte eenige fantasieteekeningen van den ouden muur, welke hij ons toestond te vermelden. Fig. 2. Merkwaar dig daarvan is, dat, wanneer men de cirkelboog van de oude waterpoort weer construeert, de boven kant gelijk komt met die der oude muurbogen, zoodat daar boven het loopvlak van den weer gang op den stadsmuur gedacht kan worden. Klein Tinnenburg heeft deze merkwaardigheid, dat achter den tegenwoordigen voorgevel die van kleineren steen gemetseld is dan de bogen in Tinnenburg en die veel jonger is zich een tweede, zwaardere, muur bevindt. Men mag nu veronderstellen, dat deze de buitenzijde van den vestingmuur was, hetwelk een weergang van ca. 2 M. breedte oplevert. Bovendien heeft Klein Tinnenburg juist de breedte van nog twee muur- bogen, welke gestippeld zijn aangegeven. 33 Amersfoort 3

Periodieken van Erfgoed Vereniging Heemschut

Heemschutserie - Boekje 1941-1954 | 1948 | | pagina 44