q hoe koning Harald in ca. 935 de Denen tot Chris tenen maakte. Maar de runen zijn meer dan schrift. Het zullen aanvankelijk herkenningsteekens geweest zijn, waarmede de bewoners van bosschen en lande rijen hun eigendommen en woningen teekenden. Als vanzelf zullen het voor het godsdienstig leven wijdingsteekens of beschermende heilsteekens ge worden zijn, die ook wel eens in toover- of be- zweringsteekens ontaard zijn. Men plaatste dus zijn herkenningsteeken op zijn huis of gereed schap, of op het vee dat in gemeenschappelijke Marke of Weide (meent) rondliep. Was er in latere tijden een kerk in het dorp, waar de hoeve haar bank had, dan bracht men het „huismerk" daarop aan en de boer, die nog niet schrijven kon, plaatste onder de acte, die de ka pelaan van het kasteel opgemaakt had, zijn „merk". Naarmate de mode der geslachtswapens zich uit breidde, plaatsten velen hun merk in een schild. In de Joriskerk vindt men daarvan meerdere voorbeelden. I i /K 1 0 De latijnsche letters op of om de schilden zijn vermoedelijk de beginletters van de namen der overledenen. In de eerste twee teekens ziet men 87 'v. s. V

Periodieken van Erfgoed Vereniging Heemschut

Heemschutserie - Boekje 1941-1954 | 1948 | | pagina 118