het al dra, dat de doorschijnende groene glazuur- laag op geel aardewerk heel mooie effecten te weeg bracht, maar op rood aardewerk niet bepaald een succes genoemd kon worden. Gelukkig was dat met een eenvoudig middeltje wel te verhelpen. Het is maar een weet. Men make van geelbakkende klei een dun papje en dompelt daar het voorwerp van roodbakkende klei in. Een dun laagje van geelbakkende klei blijft op de wanden achter. Daarop het groengetinte loodglazuur en de moei lijkheden zijn weer opgelost. Er was ook nog wel een middeltje om het lood glazuur een bruine tint te geven, maar dat werd veel minder gebruikt. Alles bij alles beschikte de pottenbakker dus over verschillende kleuren, wan neer hij nu eens een bijzonder stuk wilde maken. Misschien heeft eens een leerjongetje met zijn na geltje krassen gemaakt op een bord, dat in de gele kleipap gedompeld was, en niet gezien dat de roode grond weer te voorschijn kwam. Maar toen het stuk gebakken en wel uit den oven kwam, zag de baas de dunne roode lijntjes in het gele vlak. Eerst kreeg Harmen een paar flinke draaien om zijn ooren en die oude pottenbakkers hadden kracht in hun handen! en toen verzonk de baas in diep nadenken. Eindelijk zette hij zich achter zijn schijf, maakte een bord en zette het te drogen. Na een paar dagen dompelde hij het in de gele klei pap en gaf het weer even tijd om droog te worden. Maar ditmaal mocht de deklaag niet geheel droog worden. Telkens monsterde hij het bord even en toen het hem goeddacht, nam hij een puntig stokje van eikenhout en kraste eenige figuurtjes op het midden van het bord. De sgrafitto-techniek had 87

Periodieken van Erfgoed Vereniging Heemschut

Heemschutserie - Boekje 1941-1954 | 1948 | | pagina 85