een van de zonen van Kaïn aan een schijf en heeft een klomp klei in handen, die nog geen vorm kreeg. De schijf is een zoogenaamde blokschijf. Voor het gemak nemen we maar aan, dat dit het type was, dat in geheel West-Europa in de mid deleeuwen gebruikt werd. Het was al een schijf met voetaandrijving. Tafel en voetschijf waren door zware spijlen met elkaar verbonden. In het midden van de voetschijf was een gat, waardoor een spil stak. Deze spil stond vast in den grond van de werkplaats. Op den top van de spil rustte de tafel. Tafel en voetschijf draaiden dus op en om de spil. Veel later kwam de spindelschijf in zwang. Hier vormen de beide schijven en de spil een geheel. Naast de spindelschijf heeft men, zoo als te Bergen op Zoom, ook het rad gebruikt. Een groot wiel, dat ter plaatse van de as een kleine schijf heeft. Maar genoeg van deze technische kwesties, die den lezer over het algemeen weinig zullen interes seeren. Hoe gaat het nu verder met onze potten bakkers? Gaan zij in de steden een rol van betee- kenis spelen? De pottenbakkers beschouwden zich waarschijnlijk als ambachtslieden van voorname komaf. Onder hen ging het verhaal, dat hun be roep het oudste beroep was. Want God zelf had bij de schepping de klei als grondstof gebruikt. Daarom ook beschouwden zij in vele streken de Heilige Drievuldigheid als hun patroon. Er zijn uit hun kringen waarschijnlijk wel eens belang rijke menschen voortgekomen. Dirk Potter, die aan het grafelijke hof te 's-Gravenhage een be langrijke rol speelde en die in onze letterkunde bekend is om zijn „leerboek" op het gebied der 61

Periodieken van Erfgoed Vereniging Heemschut

Heemschutserie - Boekje 1941-1954 | 1948 | | pagina 59