waar ook een rij huisjes op aangegeven is. Dit bruggetje
is geteekend op de minuut, niet op de carton.
In de stad, op den buitenhoek van de knik in de Voor-ye
is de kleine kerk geteekend, ook weer Oost-West gericht,
met den toren naar aloud gebruik aan de Westzijde; dat is
de nu zoo welbekende speeltoren-
Verder zien we een bouwwerk met een toren ten Z.O. van
den Dam, die als een breede brug geteekend is. Dit ge
bouw is niet O.-W. georiënteerd. Het moet het vroegere
stadhuis zijn, dat stond aan de Voorhaven, op den hoek
van de eerste straat. Oostwaarts van den Damsluis. We
merken tevens op dat het tegenwoordige Damplein er nog
niet is. Daar moet later heel wat veranderd zijn. Op de
plek van het oude stadhuis kwam de Luthersche kerk,
waarbij tevens de smalle straat werd bebouwd, die alleen
aan de achterzijde, aan de Nieuwe haven, als een dood
loopend steegje, een slob, in stand bleef. Het tegenwoor
dige stadhuis met het Damplein, de Hoogstraat en de
Baanstraat moeten derhalve stedebouwkunst, urbanistiek
zijn van na 't bezoek aan Edam door Jacob van Deventer.
Daarmede is het aantal openbare bouwwerken, althans de
hooge gebouwen met torens uitgeput- Maar nog iets dat
hoog is wordt op den plattegrond binnen de veste aange
geven: de molens. Het zijn 't is duidelijk aangegeven
standaardmolens, het type dat aan de latere 18e eeuwsche
molens voorafging. Drie stuks staan er langs de Noord
zijde van de achterhaven, daar waar 't volgens de minuut-
kaart nog onbebouwd was. We behoeven nu niet meer te
vragen hoe de Molensteeg aan haar naam komt. Nog een
molen staat op het eiland ten W. van de Kleine kerk, welke
nederzetting met twee bruggen met het vasteland verbon
den was.
Beschouwen we nog de poorten, PORTA, dan zien we aan
de Noordzijde alleen maar een gat in den vestingmuur.
Aan de Oostzijde heeft de weg van de Achterhaven een
ferm poortgebouw, die van de Voorhaven een poort van
meer bescheiden afmeting. Aan de Zuidzijde is geen poort,
alleen een opening in den stadsmuur. Aan den Westkant
29