werden nu zeer gevarieerd. Met de vederbossen
vluchten, ossenhoorns, veeren, e.d. Ook kwamen er
nog z.g. olifantstrompen, kortweg trompen ge
noemd bij en bovendien allerlei soorten van
figuren als molens, spinnewielen, borstbeelden van
mannen of vrouwen, schermen al of niet bezet
met bollen en veertjes en langzamerhand ook
wrongen voor de logische ondersteuning en be
vestiging der helmteekens op den helm. Ten deele
namen zij ook de plaats in der helmkronen die
Afb. 30. Laat-Gothische stijl. (Dekkleeden vertoonen reeds
de eerste teekenen van de speelschheid der Renaissance).
90