in den eenvoudigsten vorm, eerst als ZeSe^s en
later als Ridderzegels, waarvan er nog vele bewaard
zijn gebleven, hangend met hunne zgn. staarten
aan oirkonden en charters van perkament. De
Ridderzegels vertoonen den Ridder te paard
galoppeerend met zijn wapen op zijn wapenrok
en schild en ook op de paardendekken. Geleidelijk
werden op de zegels ook de andere versierselen
toegepast, zooals helmteekens, schildhouders. De
viezen enz. in een omschrift of legende dikwijls
in het Latijn en met veel afkortingen en daardoor
niet altijd even duidelijk!
Oorspronkelijk werden op wapens, zoo zij al
niet gekleurd waren zooals b.v. bij Gelre, de
wapenkleuren niet aangegeven, ook niet op de
zegels. Pas later geschiedde dat, eerst door het
gebruik van diverse aanduidingen, resp. teekens,
zooals astronomische benamingen, namen van
edelsteenen, letters, afkortingen (zie afb. 8), enz.
om tenslotte te worden vervangen door de arcee
ringen, een uitvinding van Pater Petra Sancta in
1658. Deze arceeringen als kleuraanduiding waren
weliswaar reeds eerder toegepast, b.v. in het werk
van Butkens: les Annales de la Maison de Lyn-
den 1626 en zijn Trophées du Brabant, doch
willekeurig. Het blauw b.v. werd door Butkens
door verticale streepjes aangegeven, alleen met het
doel, het kruis beter te doen uitkomen. Het systeem
van Petra Sancta voldeed echter uitstekend en het
is thans nog overal in gebruik. (Zie de tabel op
blz. 151).
32