werd aan den linkerarm gedragen en had aan
den achterkant een handvat. Er is er nog een
bewaard in Engeland. (Ik meen van the Black
Prince, 1330). Ter versterking of na den slag
werden dan op de breuken metalen banden,
hoeken, knoppen op het houten, c.q. met leder
bekleede schild aangebracht, ook als versiering,
en later als herkenningsteekens en daardoor
ontstonden dwarsbalken, palen, kruisen vooral
uit geloofsoverwegingen, penningen of koeken,
kepers, en zoo meer. De schilden werden hoog
!3
Afb. 2. Gothische leeuw.
Kenmerken: top van den staart binnenwaarts, één der
achterpooten gestrekt, ontbreken van de tong, drie klauwen
aan eiken poot.