geeft Rebecca bij de bron Eliëzer uit een kruik te drinken kameelen staan op den achtergrond. Op de keerzijde voert Isaac Rebecca naar zijn woning. Een dienaar houdt een pajong boven hun hoofden; verscheidene personen en een kameel op den achtergrond. Beide plaquetten zijn na de gieting niet geciseleerd, behalve de letters, welke gebrui neerd zijn. Hierdoor zijn verscheidene détails niet duide lijk; alles is meer aangegeven dan uitgewerkt. Het geheel is van een grootsche conceptie, door een belangrijk kunste naar beïnvloed, misschien wel door Rembrandt of één zijner leerlingen. Of de door het nalaten der ciseleering ontstane wazigheid, welke zoo schilderachtig aandoet, be doeld is of een gevolg is van het niet afgewerkt zijn van het stuk, is niet te zeggen. In elk geval is deze penning het mooiste werk, dat wij van den jongen Lutma kennen (Fr. 16—16a; afb. 114 en 115). Wouter Muller heeft een huwelijkspenning vervaardigd, welks keerzijde met enkele veranderingen is ontleend aan Van Abeele (Fr. 1818c). Op de voorzijde van dezen 82 mm. grooten penning reiken een in kostbare gewaden uitgedoste man en vrouw, in een tuin staande, elkaar de hand, daarbij een brandend hart omvattend. Een stralend hemellicht beschijnt hen. Het omschrift luidt: In den ech ten bant met liefd' en trouw, kroont Godt door zegen man en vrouw. Op de keerzijde ziet men een symbolische voor stelling van een Amor, die in een tuin arbeidt. Links een palmboom met kroon en scepter, rechts een wijnstok met druiventrossen. Een uit de wolken komende hand houdt een ketting vast, welke beide boomen verbindt en met een slot is gesloten. Het tafereel is verder gestoffeerd met een zand- looper, een zeis, kippen, een ploegenden man, een slak; in het verschiet een omwalde stad met gracht. Omschrift: Soo bloeyt de trou als man en vrou hoer plight betraghten en op Godt waghten. De voorzijde komt ook voor, samen gevoegd met plaquetten, gemaakt op den vrede van West minster (Fr. 18a18b). Na deze summiere bespreking van de huwelijkspenningen der 17e eeuw, willen wij thans wijzen op een prachtigen, 92

Periodieken van Erfgoed Vereniging Heemschut

Heemschutserie - Boekje 1941-1954 | 1947 | | pagina 90