eersten graad van den model penning af en vertoonen nog
de ongerepte schoonheid en fijnheid van het oorspronke
lijke stuk, dat slechts als werkstuk diende en daarom vaak
uit het goedkoope lood was vervaardigd. Ging dit door
veelvuldig gebruik slijten, dan werden de afgietsels min
der fraai; al stammen zij ook in den eersten graad van
den modelpenning af, zij zijn desondanks uit kunstoog
punt van gering belang. Daarom, en eveneens als men
het origineel niet tot zijn beschikking had wij denken
hier aan de vervalschers nam men zijn toevlucht tot het
afgieten van een penning in den eersten graad, waardoor
dus een penning in den tweeden graad werd verkregen,
welke niet alleen iets minder scherp en duidelijk was dan
een origineel, maar ook iets kleiner van afmeting wegens
het krimpen van het metaal bij de afkoeling, één der teeke
nen, om een oorspronkelijk stuk van een later te onder
scheiden. Op deze wijze voortgaand, konden ook exempla
ren in den derden en verderen graad worden gemaakt,
welke natuurlijk qualitatief steeds minder en ten slotte
volkomen waardeloos werden. Bij de beoordeeling van een
gegoten penning bedenke men dus steeds, dat een wat de
maten betreft origineel stuk minderwaardig is, indien het
werd afgegoten van een reeds versleten modelpenning;
voorts dat een origineele penning pas in den laatsten tijd
kan zijn gemaakt, een moderne gieting dus, waardoor hij
de door de eeuwen verkregen patina der waardevolle oude
stukken mist; ten slotte, dat een afgietsel in den tweeden
graad, eeuwen geleden gegoten, zoo fraai kan zijn, dat het
van een origineel bijna niet te onderscheiden is. Een oude
gegoten penning, origineel of tegen origineel aan, met
scherpe letters, de voorstelling fijn tot in alle détails, de
patina fraai van kleur en ongeschonden, is een kunstwerk
van de hoogste orde.
In Nederland zijn gietpenningen vervaardigd in de 16e
eeuw door Quinten Matsijs, Janus Secundus, Antoine Mo-
rillon, Jacob Zagar, Jan Symons, Jacob Jonghelinck, den
verder onbekenden Alexander P. uit Brussel, Steven van
Herwyck, Coenrad Bloc en, overgaand naar 17e eeuw,
10