ningen uit plaquetten samengesteld. Twee ervan zullen wij nader bespreken. Op den eerste, in 's meesters besten stijl uitgevoerd, is binnen een prachtigen, breeden bloem krans een Caritasgroep afgebeeld, een zittende vrouw met drie kindertjes om haar heen. Het omschrift luidt: Oprechte Liefde Tusschen Man En Vrouw, Duurt Eewiglyk Wel Zalig Is De Trouw. Op de keerzijde ziet men binnen een breeden vruchtkrans een staanden man en vrouw, die elkaar de hand geven. Boven hen een duif met een olijftak. Omschrift: Het Huwelyck Is Goddelyck Van Aart, Wan neer men T saam Vyt Reine Liefde Paart (Fr. 3232a; afb. 110—111). De tweede, ovaal van vorm, is zeer overvuld. Links staat een obelisk op een voetstuk. Om den obelisk, ongeveer te halver hoogte, een kroon, waardoor kruiselings gestoken zijn een scepter en een ganzeveer; daaronder een alziend oog. Bovenop een haan. Rechts een wijnstok met veel tros sen, waarboven een vogeltje. Op den grond een doodshoofd op twee gekruiste beenderen, een slak en een ploeg. Het veld is verder geheel gevuld met wolken, waarin de naam Jehovah. Aan twee door een ring verbonden kettingen hangen een mannen- en een vrouwenhand, welke een brandend hart vasthouden (Fr. 36-36a; afb. 112). De obelisk werd vaak gebruikt als mannelijk symbool, de wijn stok als vrouwelijk, in overeenstemming met Psalm 128, 3: Uw vrouw is als een vruchtbare wijnstok. Op de keerzijde is het volgende toelichtende vers gegraveerd: God met ons. Vyt brandent harte spruyt den Eght die de Hemel sluyt dan heeft de Trouw hoer volle Cracht so de Man en Vrouw haer plicht betracht. den Man als Stijl in Vree Regeert. En Wacker synen Ploech hanteert. de Vrou gelyck een Wynstockdie Is Vol van schoonen Vruchten, sie oock als een Duyf is Trou en kuys, en als een Sleck is staegh in Huys. soo sal de Keten van de Eght gedurich sijn oen God gehecht. en is haer Heyl bereidt oock als de Doot haer scheydt. Door Lutma jr is gesigneerd een merkwaardig, 74 mm. groot stuk, uit twee plaquetten samengesteld; op de eene 91

Periodieken van Erfgoed Vereniging Heemschut

Heemschutserie - Boekje 1941-1954 | 1947 | | pagina 89