74
hangenden moord op de gebroeders de Witt gepleegd, de
meeste met hun borstbeelden (v. L. III, 87, 90; afb. 42).
Op het ontzet van Groningen en het innemen van Coevor-
den in hetzelfde jaar is een schier ontelbaar aantal pen
ningen gemaakt, deels geslagen, deels gegraveerd (v. L. III,
9699; 102, 103, 108, 110, 111). Vooral onder de laatste
komen prachtige stukken voor, enkele met het borstbeeld
van Rabenhaupt naar een door J. Hoffman uitgegeven
prent (afb. 97).
De Leidsche zilversmid Dirck W erckhoven, dien wij reeds
in 1664 zijn tegengekomen, heeft enkele penninkjes gegra
veerd op de verlossing van zijn stad uit de benarde positie,
waarin zij door de oprukkende Fransche legers in 1673
was gebracht (v. L. III, 112, 113). Zij geven het merk
waardig profiel van Leiden met zijn beide hooge kerken
en stadhuistoren uitstekend weer.
Een penning van 1674 met Willem III te paard (v. L. III,
136) herdenkt de inneming van Naarden en het sluiten
van den vrede met Engeland te Londen. Op de inneming
van Grave in hetzelfde jaar zijn enkele goede portretpen
ningen gemaakt (v. L. III, 159). Het sneuvelen van De
Ruyter bij Sicilië in 1676 werd door Adolphi op een reeds
besproken, geslagen penning vereeuwigd (v. L. III, 186;
afb. 38 en 39).
In 1677 vond het huwelijk plaats tusschen Willem III en
Maria van Engeland, dat zulke groote gevolgen zou hebben
(v. L. III, 236, 1). Het volgend jaar werd de vrede tus
schen Frankrijk en de Nederlanden te Nijmegen gesloten.
van Dishoecke sloeg hierop twee penningen. Op den eer
ste is de Nederlandsche Maagd, een leeuw aan haar voeten,
gezeten tusschen de Voorzichtigheid en den Vrede. Op de
keerzijde een gezicht op Nijmegen, waarboven de wapens
van Frankrijk en Nederland (v. L. III, 248, 1). De tweede
vertoont een bijzonder fraai gezicht op de stad met op den
voorgrond enkele van elkaar afscheid nemende gezanten,
op de keerzijde een vervelende symbolische voorstelling
van den Vrede (v. L. III, 275, 2; afb. 98). In 1684 werd
het twintigjarig bestand, tusschen Frankrijk, Spanje en de
