De Leeuwarder penningen zijn meestal goed gegraveerd;
vele hebben een wapen op de voor-, gereedschap op de
keerzijde. De meeste dateeren uit de 18e eeuw. De Har-
linger penningen zijn nog iets fijner van afwerking.
Vooral die van het groot-schippersgilde met de afbeelding
van een met volle zeilen varenden driemaster zijn zeer
goed. De oudste van 1659 is nog vrij primitief, die van
1663 is reeds beter. Van af 1672 tot in de 18e eeuw zijn
zoowel schip als water natuurgetrouw en smaakvol weer
gegeven. De graveering van de wapens op de keerzijden
getuigt van goede vakkennis.
De smidspenning van 1682 met een aardig familie-tafe
reeltje op de eene, het wapen met den Frieschen halven
adelaar op de andere zijde, is verdienstelijk gegraveerd.
Niet minder geslaagd zijn de penningen van Bolsward.
Door denzelfden zeer kundigen vakman, waarschijnlijk één
der bekende Bolswarder zilversmeden, zijn de volgende
penningen in fijn graveerwerk uitgevoerd: van het schip
persgilde (1721) met een uitstekend geteekend schip bin
nen een ornamentrandvan het apothekersgilde (1721)
met een blik in het laboratorium; van het schoenma-
kersgilde (1727) met een kijkje in de werkplaats, alle met
het gelijk uitgevoerde stadswapen op de keerzijde.
De Groninger penningen zijn, vergeleken bij de Friesche,
van weinig beteekenis.
Vroedschapspenningen werden in enkele steden den leden
van de vroedschap als presentiegeld uitgereikt. Had men
een aantal zilveren exemplaren, dan konden deze soms
tegen een gouden worden ingeruild. Ook werden deze pen
ningen wel eens ter belooning of ter aanmoediging ver
leend. In 's Hertogenbosch bv. verkreeg ieder een gouden
exemplaar, met op den kant gegraveerd „GEVEL", die
den houten gevel van zijn woning door een steenen verving.
De curatoren van de Latijnsche school deelden ze als prij
zen uit aan de beste leerlingen.
Zeer veel vroedschapspenningen vertoonen een gezicht op
de stadzoo o.a. die van 's Gravenhage, Delft, Rotterdam,
Leeuwarden, 's Hertogenbosch. Bij enkele staat het stad-
113
Penningen 8