gevallen slechts door een baksteenen rollaag wordt
afgedekt.
Houdt men aan deze onderscheiding vast, dan bezit
Alkmaar geen enkelen halsgevel, doch alleen klok-
gevels. Daarvan zijn er nog tamelijk veel te vinden.
Slechts een enkele heeft een wat rijker aanzien: de
klokgevel Verdronkenoord 121, goed te bekijken
van de Mienterbrug, bezit aanzetten met een ge-
styleerd bladmotief en een dito kuif op het gebogen
fronton. Een dergelijke kuif kroont ook de frontons
van de klokgevels Mient 9 en Koorstraat 35. Overigens
zijn alle Alkmaarsche klokgevels van een eenvoudig
type. De meeste hebben een gebogen fronton, in
het algemeen van natuursteen, een enkele maal van
baksteen (Bierkade 11). Een driehoekig fronton be
zitten de klokgevels Luttik Oudorp 73 en Verdronken
oord 13. Een nog simpeler type toont een der klok
gevels bij de Remontrantsche Kerk in het Fnidsen,
n.1. een lagen baksteenen top; men vindt dien ook
Hekelstraat 17 en 19. Opmerkelijk is, dat bij welhaast
alle Alkmaarsche klokgevels de rollaag onderaan
begint met een kleine voluut, een ronden, krulvor-
mig geornamenteerden aanzet.
Slechts een enkele maal ziet men hier een afwijkend
versiersel, b.v. Hekelstraat 15 en vergeleken bij
bovengenoemde wat rijkere typen (bladmotieven).
Het zijn in het algemeen huizen van den winkelier
of kleinen burgerman, waaraan deze klokgevels zijn
toegepast. De toepassing van natuursteen als ver
sierend element, zoo ruim geschied bij den 17de
eeuwschen trapgevel, is bij dit soort tot het uiterste
beperkt. De gevelsteenen zijn ook verdwenen, op een
enkele uitzondering na: de klokgevel Laat 167 draagt
in een fries van baksteenen vlechtwerk een steen met
het wapen van Amsterdam en die op 't Luttik
Oudorp, nr. 53, toont boven de vernieuwde pui een
sierlijk steentje met een geblinddoekten ezel en het
79