heeten, ontbreekt, de naam van den overste zegt het reeds: geleider, beschermer, maar geen heer zooals de abten der Benedictijnen en de prelaten der Witheeren waren. De Franciscaansche overste is een broeder onder de broederen, in alles aan hen gelijk. Het spreekwoord „Gelijke monniken, gelijke kappen", doet hier opgeld! Palend aan den refter ligt de „Koken" (16) met eenige bijvertrekken, zooals „Kanplaes" de porceleinkast zouden wij zeggen, het „Turf- huiske", (18) daarnevens het „Vuellesvat", dan het „Braet- huis", de „Vaethocce" (20) gebouwtjes die uitkomen op „Die Siecke tuyn" (16). Dat is de hof behoorende bij de infirmerije, een tuintje waarin de herstellenden een wandelingetje konden maken. Het is door een muur afgescheiden van 't Kruithof (25) een flinke lap grond waarop de ziekenmeester zijn genees krachtige kruiden had geplant.Zuidelijk werd deze hof door een sloot, welke Bilhamer de weidsche naam van „Vijver" geeft, begrensd. Ongetwijfeld heeft dit water in verband met de stadsgracht gestaan, zeker zal men het voor de wasch gebruikt hebben, de wasscherij ligt er vlak bij (39). Ten Westen van den ziekentuin staat „Het sieck huis" zelf, een flinke zaal met bovenverdieping, palende aan de drie gastenkwartieren (2728 29) en nog ten Westen van de infirmerije ligt de „Bloetcamer" (31). Die vier liggen op een rechte lijn: Kruidentuin, ziekenhof, zieken verblijf en aderlatingslocaal, zij hooren dan ook onafscheidelijk bij elkander en de ligging van dat ziekenhuisje vlak naast de gastenkamers wijst er duidelijk genoeg op, dat de in firmerije niet alleen voor eigen bewoners gereserveerd bleef. Wat er voor de bestrijding van kwalen en ongemakken in de middeleeuwsche kloosters gestudeerd en gepresteerd is, mag niet anders dan be wonders waardig genoemd worden, vooral wanneer men zich realiseert in welk stadium de heelkunde, door barbiers en chirurgijns uitgeoefend, zich toen bevondDe catalogi van verschillende kloosterboe- kenrijen vermelden meestal een flink aantal geneeskundige werken van antieke en middeleeuwsche schrijvers: medi- 101

Periodieken van Erfgoed Vereniging Heemschut

Heemschutserie - Boekje 1941-1954 | 1947 | | pagina 99