Zijn huid was van natuursteen, dat is dus steen door de natuur gevormd en uit een groeve gekapt, het echte manlijk bouwmateriaal, het forsche opstapelingselement, dat men voor imposante, voor kerkelijke en overheidsgebouwen verkoos boven de met zorg te behandelen baksteen, het meer verfijnde aanpassen met kunstmatiger verkregen bouwstof. Bij het grootsche, het overweldigend krachtige, strekte de natuur zelf altijd ten voorbeeld. De dubbele doorloopende beeren aan weerskanten van de toegangspoort met ge profileerde boog, schenen veeleer een versiering dan nood zakelijke muursteunsels te wezen en hoe geheel passend waren die gebeeldhouwde consoles met musiceerende engelen onder de rijkbewerkte baldakijnen, bestemd om de steenen santen tegen de regen te beschutten. En dat mocht ook van den doorgang naar het Muntplein gezegd worden, waar men onder een vlak kruisgewelf, met gebeeldhouwd sluit stuk, een Christusfiguur, rustend op draagsteenen waaraan weer de symbolen der Evangelisten te bekennen vielen, doorliep. Eenmaal deze poort door, als eigenlijke klooster poort had ze geen slecht figuur gemaakt, want wanneer we de meeste oude afbeeldingen van middeleeuwsehe kloos ters mogen gelooven, werd er aan het poorthuis de minste aandacht besteed, stond je op het z.g. Muntplein waar in het begin van 1500 de kloostergang, ook wel kruisgang of pand genaamd, werd aangelegd. Deze gang, die om het vierkante binnenhofje liep, diende voor wandelplaats in den verpoozingstijd, men hield er processies, evenals men nu bij de monastieke orden nog doet, en in dien tijd werden er ook de dooden begraven wegens ruimtegebrek in de kerk. Daar bevond zich volgens Ds. Domisse, de geschiedvorseher van het oude Middelburg, grenzend aan de kloostergang, het verblijf van den proost, daar stond ook de refter, waar onder de crypte, die altijd als het model van een Gothieke crypte in de geschiedenis der Nederlandsche bouwstijlen wordt voorgesteld, en hier was ook ,,de koken" gelegen waar de gemeenschappelijke maaltijden bereid werden. Men stond hier, evenals in den kloostergang van Utrecht, 40

Periodieken van Erfgoed Vereniging Heemschut

Heemschutserie - Boekje 1941-1954 | 1947 | | pagina 38