94 690 Willebrord vaart over Katwijk naar Utrecht. 716 Bonifacius vaart van Londen naar Dorestad. 720 Wulfram vaart van den Seine-mend naar Friesland. 762 Alubert komt uit Londen te Utrecht aan. 765 Luidger en Sigibod steken van Utrecht naar Engeland over. 765 Libuinus vaart van Engeland naar Utrecht. 778 Willehad zeilt uit Engeland naar Dokkum. Ongetwijfeld zou Utrecht het groote handelscentrum ge worden zijn, indien Dorestad niet voordeelen geboden had boven Utrecht. De overtocht van Bonifacius in 716 van Londen naar Dorestad versterkt het vermoeden, dat een directe overtocht langs de Lek toen reeds mogelijk was. In 779 verkreeg het klooster van St Germain of St Vin cent te Parijs, bij charter verleend door Karei den Groote, vrijdom van tol te Utrecht, voor den wijn, dien het klooster van zijn bezittingen in Duitschland, langs den Rijn en ver der overzee en langs de Seine naar Parijs vervoerde. In dit charter wordt Dorestad nog niet genoemd. Bij B 1 z. 19. Over het veelvuldig voorkomen van bosschen in het oude Holland. In dit verband zij verwezen naar de zéér vele plaatsnamen met „woud," die men in West-Friesland en Zuid-Holland aantreft. Ook in het Hollandsche veengebied ligt nog menige plaats, in welker naam de herinnering aan oude bosschen bewaard is gebleven. Wij noemen slechts het gehucht „de Busch" (Bosch) bij Krommenie, den polder „het Woud", gelegen aan de Markervaart bij het Alkmaarder Meer. Groote bosschen waren het „Woud zonder Genade" en de Haarlemmerhout. In een grafelijke rekening van 1344 worden vermeld„Twee wilde ossen ende een hert uten houte van Harelem". Een bosch, waarin in het midden der 14e eeuw nog wilde ossen voorkwamen, moet toentertijd nog zeer groot geweest zijn en zal in de vroege middeleeuwen een nog grootere uitgestrektheid gehad hebben. Verder noemen wij het Kreilerwoud, dat in West-Friesland, en het Baduhema woud, dat in Friesland gelegen heeft. Het Gooi, de Achterhoek en Twente waren met uitgestrekte bosschen bedekt, op de Veluwe lagen naast groote bosschen uitgestrekte heideveldenook Drente had veel heide. De duinstreek was grootendeels met bosschen bedekt, de z.g. jongere duinen hadden de met bosschen bedekte oude

Periodieken van Erfgoed Vereniging Heemschut

Heemschutserie - Boekje 1941-1954 | 1947 | | pagina 96