van minnezangers en bardensoms ook zich wijdende
aan wetenschap en kunst.
Het is in die tijden, dat de kathedralen ontstaan, de
ontzaglijke gemeenschaps-monumenten, waaraan lee-
ken en geestelijken hun beste en kunstzinnigste krach
ten gaven. Honderden handwerkslieden werkten ge
durende tal van jaren aan zulk een gebouw, totdat
het geworden was tot een schoon geheel, waarin de
arbeid van al die werkers tot een éénheid versmolten
was. Een dertiende-eeuwsche Fransche Rijmkroniek
verhaalt hoe heel het volk meewerkte om het herstel
van de in 1194 door brand vernielde Notre-Dame te
Chartres mogelijk te maken
„Toen kwam er volk van alle zijden
Op karren en in wagens rijden
Met ruime giften voor de Kerk,
En ambachtslieden van het werk.
Er waren er, die tarwe brachten,
Haver en gerst bij zware vrachten;
Anderen wijnen, wit en rood
Sommigen ook ijzer en lood
Uit der mijnen donkre gangen
Weer anderen gouden ringen en spangen;
Ook kwam er menigeen die schonk
Kleinood dat van zilver blonk,
Bekers, kelken, vaten, schalen
Van de kostlijkste metalen.
Alles werd toen te koop gesteld;
Penningen bracht het, ongeteld,
Voor de ambachtslieden, die er waren
In groote en tevreden scharen
De geestelijkheid, de adel en de poorters der steden,
zij allen hadden hun grootheid, hun eigenschappen,
die belangwekkend en navolgenswaardig warende
9i