tientallen kilometers van de tegenwoordige kustlijn
genaderd was, gesteund door met stormgeweld opge
zweepte vloedgolven, vanuit het zuiden de eerste
opening sloeg in de-oude landbrug, die het vasteland
van Europa met Groot-Brittannië verbond. Het zal
ongeveer vijfduizend jaar geleden zijn, dat dit bolwerk
tegen het water, dat ook onze kusten beschermde, be
zweek. Er zijn geen overleveringen, die ons verhalen
hoe dit is toegegaan. Waarschijnlijk kwam het water
eerst bij hooge stormvloeden, later echter steeds veel-
vuldiger, en ten slotte dagelijks, door de geslagen bres,
en moest een uitweg vinden in noordelijke richting.
Dit bleef zoo, nadat het water een blijvende verbin
ding had uitgeschuurd.
Bij de geringe vloedbeweging, die tweemaal dagelijks
onze kust, om de noordpunt van Schotland heen, be
reikte, voegde zich nu het veel sterkere verschil tus-
schen eb en vloed, dat de uit het zuiden komende
vloedgolven brachten. Tot voor kort nam men aan,
dat deze vloedstroom uit het zuiden het zand bracht,
dat vóór onze kusten neerzakte en de bouwstof zou
leveren voor de z.g. nieuwe of jonge duinen, die zich
op de oude duinen aan de kust vormden. Onderzoe
kingen uit den laatsten tijd hebben waarschijnlijk ge
maakt, dat het zand, waarvan onze jonge duinen zijn
opgebouwd, niet door den vloedstroom is aangevoerd,
doch reeds in den vorm van zandbanken voor onze
kust aanwezig was. De vorming van deze duinen heeft
waarschijnlijk in den Romeinschen tijd een aanvang
genomen; het is dezelfde periode, waarin het heer-
schende landklimaat langzamerhand onder invloed
van den warmen golfstroom in een zeeklimaat over
ging-
Een geweldige natuur-gebeurtenis als de doorbraak van
het Nauw van Calais moet een onvergetelijken indruk
gemaakt hebben op de menschheid, die er getuige van
8