der laatste jaren zijner regeering begaf Karei de
Groote zich op een inspectietocht naar de kuststreek.
De grondslag dezer verdediging lag aan den mond
der groote rivieren, waar de keizer sterke burchten
had laten bouwen, die een groote zeldzaamheid in
die tijden reeds uit steen waren opgetrokken.
In het Zuiden, aan den mond van de Schelde, op het
eiland Walcheren, lag een der kernpunten van de
kustverdediging. Hier stierven in 837 graaf Eggehard
en de „zéér Christelijke" Deensche graaf Hemming en
vele andere edelen in een strijd tegen de Noormannen.
Aan den mond van de Maas lag Masamuthon (is:
Maasmond), een kasteel, ook Slavenburg geheeten, bij
het oude Florthingos (Vlaardingen), waar Willebrord
een kerk gesticht had. Deze plaats is echter in den
loop der negende eeuw door de zee verzwolgen. Het
tegenwoordige Vlaardingen ligt op een andere plaats.
Het kasteel schijnt toen verplaatst te zijn naar
's-Gravenzande, dat tot in de 13e eeuw, vóórdat de
residentie naar 's-Gravenhage verplaatst werd, een
veelvuldig gebruikte woonplaats geweest is der Hol-
landsche graven, die in de oudste geschriften mark
graven van Vlaardingen genoemd werden. Aan den
mond van den Rijn bij Katwijk lag de uit Karolin-
gischen tijd afkomstige Brittenburg. De Heeren van
Britten hadden het recht tol te heffen van de scheep
vaart door den mond van den Rijn. De kasteleins van
den Brittenburg waren tevens Heeren van Wassenaar
en oefenden grooten invloed uit op de toestanden in
Rijnland.
Dit was ook nog het geval, toen de Hollandsche
graven reeds heerschers geworden waren in -Maas-
land en Kennemerland. De bijzondere positie van de
kasteleins op den Brittenburg was den graven een
doom in het oog. Volgens de overlevering zou tus-
59