Scandinavië gevallen bekend, dat Germaansche volks
koningen door de stamgenooten, in tijden van voort-
durenden hongersnood en misgewas, aan de goden
geofferd werden, als zijnde hef kostbaarste offer, dat
de stam kon brengen, om de goden gunstig te stem
men. Gustaaf Wasa beklaagt zich in 1527 op den
Rijksdag te Westara: „Hoe zwaar is toch het lot eens
konings. Valt er voor het volk te veel regen, zoo
krijgt hij de schuld daarvanschijnt de zon niet vol
doende, dan is hetzelfde het gevalmaken ze moei
lijke tijden door, vol hongersnööd en pestilentie, straks
zal hij ook daarvan nog de schuld krijgen!" Ook in
het Frankische Rijk heerschten dergelijke gevoelens
onder het volk, zooals uit de volgende regels uit de
Keizerkroniek over Lodewijk den Vrome blijkt:
Daarna volgde er een tijd
Van zeer veel twist en strijd,
Van honger en van misgewas.
Het volk zocht de schuld
Bij Keizer Lodewijk,
En verweet hem
Door zijne schuld
Was deze rampspoed over het land gekomen.
Niet alleen tegenspoed, ook voorspoed voor het volk
werd aan den koning toegeschreven. Naar het volks
geloof der middeleeuwen hadden de Koningen van
Frankrijk het vermogen ziekten door handoplegging
of het geven van een kus te genezen.
De Friezen hebben, evenals alle Germaansche stam
men, de slavernij gekend. Het aantal der slaven is
evenwel steeds beperkt geweest, en zij hebben in de
maatschappij zich nooit tot een macht kunnen ont
wikkelen zooals dat in het Romeinsche Rijk het geval
37