zijn zes gezellen in iets meer dan zeven maanden
dit kunstzinnige en volmaakt harmonische geheel
te scheppen.
Hier niet zoo'n overdadige versiering als bij de
schouw, het geheel is wat soberder gehouden, terwijl
ook door de donkere patine eerst bij nadere be
schouwing de rijkdom aan fraaie details gaat
spreken. Hoe gevoelig wist hij het acanthusblad te
gebruiken, hoe levend is de bewegelijkheid der
faunen en saters, hoe zuiver afgewogen de compo
sitie van het geheel. Niets weten wij van dezen
eenvoudigen ambachtsman. Wij kennen zijn oplei
ding niet, noch de school, waar hij deze rijkdom
aan ornamenten heeft kunnen leer en; wij staan
slechts dankbaar voor het volmaakte werk, voor
dit bewijs van zulk een aangeboren schoonheids
gevoel. Dat hij ook kundige medewerkers had, blijkt
uit de meesterstukjes van Pieter van Cranendonck,
„utgesneden holten kinderkens opte gestoelte ge-
coemen", twee gevleugelde kinderfiguurtjes, die een
krans omhoog houden.
Boven het gestoelte is een paneel aangebracht met
een voorstelling van „Het laatste oordeel" van den
merkwaardigen meester Ernst Maeler, over wien
wij hierna nog het een en ander zullen mededeelen.
Rondom deze stemmige ruimte loopen de zitbanken
voor de leden van de Magistraat, waar de gobelin
kussens met het wapen van de stad wondermooi
op het donkere eikenhout kleuren.
Terugwandelend naar de voorruimte, staan wij nog
even stil bij de merkwaardige uitspringende twee
deuren van het entree-portaal, één deur voor de
gegadigden en één voor de vrije mannen, waarboven
het sierlijke kinderfiguurtje, eveneens van Peter
van Cranendonck, zoo veelbeteekenend den
binnentredenden op het schepengestoelte wijst, waar
recht zal worden gesproken.
52