in 1635) en een doorvaart met ophaal aan de stads-
zijde. Vanaf de brug liep men recht op de Visch-
poort aan. Links daarvan, op de daar aangegeven
tafels, werd visch verkocht en was de vischmarkt.
Rechts zien we „de kraen", die in anderen vorm
nog tot op den huidigen dag op deze plaats aan
wezig is. Tegenover de kraan staat de halfronde,
vroeger zoo bekende Leeuwentoren, waar enkele
leeuwen, in 1477 van kooplieden te Lissabon ten
geschenke ontvangen, door de stad werden „ge
houden" en waarvan meerdere malen jongen aan
andere steden (o.a. Lübeck) uit „vereeringhe" wer
den aangeboden. Later werd deze toren de zgn.
„timmertoren", waar de stadsarchitect zetelde; nu
staat hier het postkantoor.
Alvorens wij deze prettige bezigheid, het bekijken
van oude vogelvluchtplattegronden, gaan beëin
digen, moet ik nog even wijzen op enkele voorbeelden
van „schoonheid, die voor altijd verloren ging".
Heelemaal in het noorden van de stad, waar de
Burgel in de Buitenhaven stroomt, stond de Hagen-
poort. Deze poort van 1465, die in later jaren als
stadsgevangenis en als plaats van gijzeling diende,
werd nog geen vijftig jaar geleden afgebroken
(1893). In plaats van het geschonden bouwwerk
(in 1729 reeds verloor ze de spitse daken van haar
torens) op kosten van de gemeenschap afdoende
en zaakkundig te herstellen en het, met zoo noodig
er omheen leggen der verkeerswegen, voor het
nageslacht te bewaren, als kostelijk overblijfsel van
de oude vestingwerken uit Kampen's glorietijd, werd,
na een bekrompen en eindeloos geharrewar over
bijkomstige futiliteiten, door den Raad tot den
afbraak besloten.
Was dit wel een zeer recent voorbeeld, precies
honderd jaar geleden voltrok zich een soortgelijk
drama met een juweel van renaissance bouwkunst,
33
Kampen 3