In de 19de eeuw herstelde Kampen zich geleidelijk.
Er kwam hier door enkele uitstekende leerinrich-
tingen (o.a. het stedelijk instituut van onderwijs en
opvoeding van Jacobus van Wijk Rzn.) en door de
vestiging van velen die aangetrokken werden door
de in die jaren zoo lage levensstandaard, een intel
lectueel centrum vol kunst-, litterair- en muziek
leven. De vestiging van de sigarenindustrie (1845)
bracht een belangrijke en blijvende basis voor het
industrieele leven van de stad. Een tijdperk van
bloei en welvaart brak aan. Hoewel op bescheiden
schaal bleek dit toch ook uit den aanwas der be
volking. Bedroeg het aantal inwoners in 1809 slechts
6959, zeventig jaar later in 1876 was dit getal reeds
tot 16.802 gestegen. Momenteel heeft dit de 21.000
overschreden.
Het isolement, dat de stad aan het eindpunt van
den spoorweg Zwolle-Kampen gelegen en zonder
doorgaand verkeer, jarenlang kenmerkte, wordt
straks door de verbinding met het noorden via den
Nood-Oostpolder gedeeltelijk opgeheven. Wij moe
ten ons daarvan vooral geen te groote en te opti
mistische voorstelling maken, daar het de bedoeling
is dezen Noord-Oostpolder, nog meer dan die van
de Wieringermeer, zich zooveel mogelijk tot een
geheel eigen organisme te laten ontwikkelen, zonder
dat de randgemeenten daarbij betrokken zullen
worden. Niettemin zal het isolement hierdoor ver
dwijnen en een betere gelegenheid geschapen wor
den, om deze interessante en mooie stad meer en
gemakkelijker te kunnen bezoeken. Haar voor nog
te velen verborgen schatten van schoonheid zullen
dan voor menigeen een bron van vreugdevolle
ontdekking kunnen zijn.
22