kwister Pieter van Noemer, die van zijn vader 442.000 had geërfd en daarvan spoedig 3 ton kwijt was, waarna hij vele jaren door Amerika ging zwerven. De tuin hoort bij D 496, dat be halve zijn afmetingen weinig merkwaardigs bezit. De hardsteenen gevel van de belastinginspectie met een adelaarskop (na 1750) maakt een eenigs- zins gedegenereerden indruk (D 499). Voortwandelende langs de Zuidzijde van de Oude Haven komen we aan twee pakhuizen voorbij, waarvan het eerste (D482) met zijn gekoppeld bovenlicht een ouderwetschen geest ademt en het tweede (Leviticus, D 476) een monument van 19de-eeuwschen wansmaak mag heeten. Op die plaats stond tot 1882 het huis De Pinas, gebouwd in 1506 door Jan Cornelisz de Huybert, een van de beroemde drie gebroeders zeekapiteins. Hij was het, die in 1517 Karei V naar Spanje bracht en die in 1512 met zijn broeder Herman als ge zant naar Engeland werd afgevaardigd. Het was een trotsch gebouw met zeer hoogen trapgevel met kruisvensters en een torentje. Nadat het van 1805 tot 1811 had leeggestaan, werd het achterhuis in gericht tot zeepziederij. Het voorhuis werd in 1865 gekocht door M. F. C. de Kater, die het voor steenkolenpakhuis bestemde. De buren vonden dit een degradatie van hun stand en protesteerden bij B. en W. Weliswaar bestonden er nog geen verordeningen in het belang van het stedenschoon, maar er was een Koninklijk Besluit uit 1824, dat vergunning eischte om een kolenbergplaats te hou- 70

Periodieken van Erfgoed Vereniging Heemschut

Heemschutserie - Boekje 1941-1954 | 1946 | | pagina 84