uit het midden der 17de eeuw. Het eikenhout is
van de verflaag ontdaan, waaronder men ook hier
het houtsnijwerk heeft willen verbergen. Het orgel
is nieuw. De kerk bezit zilveren Avondmaalsbe
kers en kannen uit de 17de en 18de eeuw, deels
afkomstig uit de Sl Lieven (vrijwel het eenige,
dat gered kon worden). Bij de groote verbouwing
van 1651 is de toehoordersruimte uitgebreid met
een groote galerij boven de reeds vermelde Beurs.
De beide open klokketorentjes, het eene gedekt
door een koepeltje, het andere door een spits, doen
het in, hun eenvoud weer bijzonder goed.
De bezichtiging waard is ook de Luthersche
kerk in den Wevershoek, van verre kenbaar
door de beide houten zwanen op de dakvorsten.
Op deze plaats had Adolf van Kleef, heer van
Ravestein, in de 15de eeuw een geweldig heeren
huis laten zetten, omgeven door een wijden hof.
Na den dood van zijn zoon, den beroemden veld
heer Philips van Kleef, is het huis door de stad
aangekocht en ingericht voor oude mannen en
vrouwen van het St Pieters- of Visschersgilde,
terwijl een deel later ter beschikking werd gesteld
voor de kleine Schotsche gemeente en na het uit
sterven daarvan in 1713 voor de Lutheranen. In
1755 is het kleine kerkje vergroot tot den tegen-
woordigen omvang. Van buiten is het niet belang
rijk, maar het interieur heeft sfeer. Vooral het
fraaie orgel boven den kansel trekt de aandacht
door de houten beelden op den top en den zwaan,
waarin het beneden eindigt, een Luthersch sym-
51
